Caroline Wisse, lerares Nederlands: “Film kan tekstbegrip fantastisch ondersteunen.”

Leestijd ca. 5 minuten

Landelijk

Caroline Wisse is lesontwikkelaar en werkt al ruim 20 jaar als lerares Nederlands. Als netwerklid en voormalig redacteur bij het Netwerk Filmeducatie dacht ze mee over de visie en de leerlijn van het netwerk.

Waarom gebruik je film tijdens je lessen Nederlands?

“De gedachte in het onderwijs is: tekstbegrip leer je enkel door te lezen. Ik zal absoluut niet zeggen dat het niet zo is, maar ik denk dat film tekstbegrip fantastisch kan ondersteunen zonder dat je afbreuk doet aan het geschreven woord en leesvaardigheid. Bij Nederlands zijn er veel onderdelen waarbij film de lesstof kan verhelderen.

Zo gebruik ik bij het vaste onderdeel interviewtechnieken documentaires. Giovanni en het waterballet gaat over een jongen die niets liever wil dan het kampioenschap synchroonzwemmen winnen. Bij zo’n documentaire is de interviewer vaak niet in beeld. En je hoort de vragen niet, maar die worden wél gesteld. Ik laat leerlingen de docu analyseren aan de hand van theorie over open en gesloten vragen, en doorvragen. Welke vragen stelde de interviewer? Vervolgens koppel ik het aan non-verbale communicatie: waarom wordt juist nu op het gezicht van Giovanni ingezoomd? Leerlingen zijn enthousiast over de nieuwe inzichten, en ik kan op deze manier checken of ze de lesstof begrijpen.”

" “Film laat leerlingen de theorie beleven.”"

Caroline Wisse

Hoe kan film bijdragen aan leesvaardigheid?

“Vorig jaar moesten zes eindexamenleerlingen vmbo-tl hun eindexamen herkansen. Bij tekstverklaren gebruikten ze hun eigen kennis, waardoor ze van de tekst afweken en verkeerde antwoorden gaven. Ik liet Sevilla zien, een korte film over drie jongeren vol bravoure. Hun roadtrip in warm zonlicht begint perfect, maar neemt onverwachte wendingen. 

Tot twee keer toe zit er een moment in de film waarbij de filmmaker je op het verkeerde been zet. De leerlingen vertelden dat ze compleet verrast waren. 

“En wat als je niet aandachtig had doorgekeken, maar je eigen weg, je eigen gedachten, had gevolgd?” vroeg ik. “Dan hadden we de vragen heel anders beantwoord,” zeiden ze. “Daarom moet je met de tekst méé,” legde ik uit, “als je merkt dat je de tekst niet meer volgt, denk aan Sevilla.” Een meisje zei: “Juf, ik denk dat ik het nu voor het allereerst snap”. Alle zes scoorden beter op dit onderdeel van het herexamen. Voor mij was dit een eyeopener. Met film kan ik leerlingen meenemen in mijn uitleg en ze iets laten voelen… Film laat ze de theorie beleven.”

 

Je gaf ook een mini-cursus filmeducatie aan leerlingen.

“Het ging om een cursus die leerlingen konden kiezen om vrije ruimte te vullen; acht lessen voor brugklassers, vmbo en havo door elkaar. We keken samen naar verschillende films van Film in de Klas op Schooltv, waaronder A Kiss, over de avonturen van drie jongens in een asielzoekerscentrum. De leerlingen moesten heel hard lachen om deze jongens. Toen ik vroeg: ‘wat is jou opgevallen, wat voelde je?’ vertelden ze dat ze zich tijdens het lachen tegelijkertijd triest hadden gevoeld. Een interessante bevinding.

Daarna zijn we gaan kijken wat licht, geluid en camerastandpunt met je doet. Wat is het effect van deze manier in beeld brengen, waarom heeft de filmmaker dat zo gedaan? En hoe had hij het anders kunnen doen, en wat is dan het effect op jou als kijker? Ze moesten ook beeldopnamen maken, heel low-profile, gewoon met een telefoon. Een jongen vertelde later aan me: “juf, het is heel raar, want niets is meer hetzelfde. Ik zie andere dingen als ik Netflix kijk, maar óók als ik gewoon om me heen kijk.” Dat is toch gaaf?” 

Deel artikel op

Bekijk ook eens

Bekijk alle artikelen
Volg ons op